Nooit verwacht dat het lieveheersbeestje als lastig ervaren kon worden. Alleen al de koosnaampjes die ontstaan zijn voor deze kevertjes. Ik noem er een paar. Ze zijn streekgebonden: Kapoentje, oliebeestje, pimpampoentje, hemelbeestje, en in Nunspeet wordt hij kukeluusje genoemd.
Het zevenstippelig lieveheersbeestje was altijd één van de meest voorkomende soort. De overlast wordt vooral veroorzaakt door het veelkleurig Aziatisch lieveheersbeestje. Deze soort wordt gekweekt om als bladluisbestrijder ingezet te worden in kassen. In onze biotoop kunnen ze goed gedijen. Uiteraard zijn ze nuttig als bladluisbestrijder. Het aantal stippen zegt absoluut niets over de leeftijd.
Ze hebben echter de hinderlijke eigenschap om tussen de sponningen van o.a. onze ramen te gaan zitten. Soms enkelen, soms honderden of zelfs duizenden. Ze komen in oktober en ze blijven tot maart. Op de een of andere reden bezoeken ze gebouwen met een lichte kleur. Ze doen niets, ze overwinteren slechts. De larven eten ook bladluizen.
Wij raden u aan om absoluut geen bestrijdingsmiddelen in te zetten. Als u vindt dat u er last van heeft kunt u ze in een potje vegen en buiten loslaten. Zijn het er veel dan kunt u evt. de stofzuiger hanteren en de zak buitenshuis leegmaken.